Whitsunday Islands

Na een vroege pick-up vertrekt de catamaran waarmee we naar de Whitsunday Islands gaan om 8 uur. Bij het wachten op het boarden ontmoeten we een Nederlands stel die met een camper van Brisbane naar Cairns, precies andersom dan wij doen. Erg gezellige luitjes waarmee we de rest van de dag zo link en rechts zijn opgetrokken.
De boot maakt eerst nog een stop bij Long Island, een eiland van een man die zijn eigen bedrijf heeft verkocht en daarmee miljonair is geworden, met dat geld vervolgens een eiland heeft gekocht en er een resort op heeft laten bouwen. Schitterend ziet het eruit. Misschien leuk voor volgend jaar :).
Nu gaan we de grote zee op, om uiteindelijk een stuk op te zoeken van het Great Barrier Reef waar we gaan snorkelen.
Na het aantrekken van de wetsuite (met lange mouwen en broekspijpen – want, nog steeds verbrand) en klaarleggen van de snorkelspulletjes worden we met een klein bootje met een buitenboordmotor bij het rif afgezet. We moeten ons achterover laten vallen van het bootje, net zoals échte duikers dat doen. Dat ziet er in ieder geval al erg cool uit. Anita daarintegen vind het niet zo cool en laat zich
Het rif zelf is onderworpen aan toeristen die niet goed opletten waar ze zwemmen, dat zie je aan alles. Overal zie je dooie en kapot getrapte stukken koraal, echt heel erg jammer! Gelukkig is het niet zo’n heel groot stuk waar ze ons laten zwemmen, want ondanks de waarschuwingen zitten er ook bij onze groep mensen die met hun flippers tegen het koraal schoppen en er zelfs op gaan staan om hun duikbril even goed te doen. Echt asociaal dus.
Na een uurtje snorkelen zijn we op de weer op de zeilboot gegaan, op naar de Whitsunday Islands. Dit zijn 2 eilanden die recht tegenover elkaar liggen met een schitterend mooi en super, super wit zandstrand. Er zit een kloof in de zee tussen deze 2 eilandjes waar een vulkanisch deeltje (soort siliconen) de oceaan inspoelt en aanspoelt op het strand, wat er voor zorgt dat ondanks alle hitte je prima op het strand kunt lopen en dat het strand niet heet wordt. Ook schijnen deze deeltjes zeer goed te zijn voor de mensenhuid en dat deze veel gebruikt worden in scrub-dingen. Je ziet dus ook her en der mensen in het heldere water zitten die zich aan het scrubben zijn. Echt apart. Volgens Anita gebeurt dit wel vaker, ik vind het maar raar :). Ik vond het gewoon heerlijk om in zulk helder zout water te zwemmen, ik heb nog niet vaak zulk helder zeewater gezien namelijk.

Na een anderhalf uur op dat eiland (waar ik nog even met wat andere mensen mijn allereerste potje Cricket ooit heb gespeeld) hebben we aan boord van de zeilboot geluncht, die zijn koers inmiddels op open zee had gezet om zo met een grote boog om de eilanden heen weer terug te varen naar de haven. En de bar werd geopend, altijd goed :) Wat heerlijk om zo op zo’n boot, een beetje uit zon, vol in de wind te staan. Gelukkig was de boot nog niet eens halfvol qua mensen, wat dus voor iedereen betekende dat het lekker rustig was.

Na weer afgezet te zijn bij onze accommodatie zijn we op zoek gegaan naar de ‘lagoon’, want volgens Jet was daar een heel leuk tentje ‘op de hoek’. Met deze zeer duidelijke, alle verwarringwegnemende restaurantbeschrijving gingen we op pad. We hebben met behulp van de Tripadvisor app een adres opgezocht en zijn daar naar toe gewandeld. Hier kwamen we bij een soort buitenzwembed (best groot ook wel) die weer voor iedereen vrij toegankelijk is. Je ziet dat toch best veel hier in de grotere steden dat dit soort plekken vrij toegankelijk zijn, of tegen een hele kleine entreeprijs. Maar geen commercieel geneuzel. Dit zal het ‘lagoon’ gedeelte zijn waar Jet het over had, dus hebben we hier bij het restaurant op de hoek gegeten. Het eten was er heerlijk en het uitzicht op park/zwembad was geweldig, dus Jet bedankt voor de tip!